Sjeng en Annie Murkens – van Hulst

Verhaal van Leny. Graag aanvullingen en correcties!!!

1932-Na hun huwelijk hebben pap en mam in de Kuilenstraat gewoond tot 35 of 1936. Ik ben geboren in Heerlen Vroedvrouwenschool.
Sjeng heeft bij garage Fisette  gewerkt in Maastricht
Hij heeft bij Muris of Stevens gewerkt in Geleen maar wanneer weet ik niet

1935 of 1936 – Gewoond in Venlo en Blerick, 3-de weet ik niet

We verhuisden naar Blerick omdat mam en ik Rothem woonden en pap in Venlo, hij kwam alleen in de weekenden Ik geloof dat hij vanaf 1935 bij Texaco werkte, tot 41 of 42 was in de kost bij de familie Sükel

In 1940 – hebben mam en ik een tijdje ingewoond bij tante Mia in oud-Geleen (tijdens een deel van de mobilisatie) mannen soldaat meubels opgeslagen in Venlo en huur opgezegd.

In de loop van 1940 verhuisd naar Rothem Kerkstraat, daarna Ambyerweg 5, waar Wil en Har geboren zijn, John en Maria zijn geboren op nummer 9. Ze moesten in 1944 verhuizen van nummer 5 naar 9, omdat op het achterhuis van nr 5 een Amerikaanse granaat gevallen was. Nummer 9, waar een Duitse familie (Haupt) in gewoond had, werd toen aan hun toegewezen. Ze hebben het huis met de inboedel van Haupt moeten overnemen (blauw-witte vaas heeft nog jaren overleefd en staat nu in Eijsden).

Mijn vader was bij aanvang van de oorlog werkzaam bij de LTM, en werkte in het depot in Gulpen en Vaals en is in de kost geweest in Vaals waar hij het bombardement in Aken meemaakte. Nadien maakte hij promotie naar de Centrale werkplaats van de LTM in Heerlen.

Begin 1950 promoveerde hij naar de LTM garage in Sittard op de Bergerweg, hij werd daar chef-monteur. Najaar 1950 verhuizen we naar Sittard Heistraat, in 1954 naar de ambtswoning bij de garage op de Vouerweg 49.

Na pensionering – in 1970 – zijn mijn ouders verhuisd naar Susteren, Amelbergahof 4, waar zij woonden tot hun dood in resp. 1982 en 1983.

Sjeng Murkens in militaire dienst.

Een verhaal van Wil.

Krijgsmacht: Het verhaal wat ik ken komt van mijn moeder, mijn vader wilde er nooit over praten.(Ikzelf ben met Elly, in de Culemborgse jaren, nog een aantal keren uitgebreid gaan wandelen en kijken op de Grebbeberg).

Sergeant Johan Murkens 1908-1973 en zijn militaire dienstplicht voor de 2e wereldoorlog.

Hij werd opgeroepen als dienstplichtige en kreeg zijn opleiding in de Tapijnkazerne te Maastricht. Kort voor de Duitse inval in Polen op 1 september 1939 heeft Nederland zijn soldaten op scherp gezet. Als sergeant had hij een peloton en was in Roosteren gelegerd.

Maar de militairen waren in het weekend thuis.
Er waren door de Nederlandse overheid al wat waarschuwingstelegrammen naar de militairen gestuurd. Kort voor de Duitse inval in Polen op 1 september 1939 heeft Nederland zijn soldaten op scherp gezet. Er waren al wat waarschuwingstelegrammen naar de militairen gestuurd, maar op 28 augustus 1939 neemt de regering het besluit voor een algehele mobilisatie.

Het Algemeen Handelsblad bericht dat op 28 augustus 1939 zo:

De regeringspersdienst meldt: ‘Ten einde ten volle voorbereid te zijn op den plicht, welke op Nederland zou rusten om, in geval dat, tegen alle nog bestaande hoop in, een gewapend conflict in het buitenland mocht uitbreken, onze onzijdigheid naar alle zijden met alle ter beschikking staande middelen te handhaven, heeft de Regeering gemeend niet langer te mogen wachten met het nemen van den uitersten voorzorgsmaatregel en is daarom thans het bevel gegeven tot mobilisatie van leger en vloot.’

Johan Murkens kreeg een oproep en een eigen motor en werd ingedeeld op de Grebbeberg. Daar regelde hij de voorbereidingen met zijn peloton, dat bestond uit 10 personen.
Foto van het peloton van Sjeng Murkens

Dat betekent de paraatheid van in totaal 280.000 manschappen. Er was in regeringskringen wel enige aarzeling aan voorafgegaan, want een paar dagen eerder had de Duitse ambassadeur persoonlijk aan koningin Wilhelmina en minister van Buitenlandse Zaken Van Kleffens een verklaring van Adolf Hitler voorgelezen, waarin het Duitse staatshoofd meedeelde dat hij de Nederlandse neutraliteit zou eerbiedigen.

Gemakkelijk ging het allemaal niet, in die eerste mobilisatiedagen. De uitrusting van al die troepen eiste een enorme krachtsinspanning. Voor hun vervoer waren paarden, auto’s en fietsen nodig – die werden gevorderd; voor hun huisvesting vorderde men allerlei gebouwen, zoals scholen en boerenschuren. Er waren te weinig kaarten, te weinig verrekijkers, de gevorderde auto’s moesten overgeschilderd en van nieuwe nummerplaten worden voorzien..

Na de capitulatie keerde Jan Murkens terug naar zijn woonplaats uiteraard nam hij zijn eigen motor mee terug. Echter ter hoogte van Sittard op het kruispunt Vouerweg /Geldersestraat werd hij door een gewapende Duitse militair gedwongen om te stoppen. Hij eiste de motor op en reed mee weg. Jan heeft toen van de garagehouder Nizet burgerkleding gekregen en heeft daarna te voet het traject naar Rothem gelopen.

 

In 1949 heeft hij de vluchtroute vanaf de Grebbeberg met zijn gezin nagereden gecombineerd met een dagje Scheveningen. In Rhenen naar plekken geweest uit zijn verleden en geslapen in de auto en in het korenveld op de Grebbeberg (zie foto).